The Story of Suriname – opera​

In 2023 herdachten we 150 jaar Hindostaanse immigratie (5 juni 1873), 150 jaar échte afschaffing (1 juli 1873)  en 160 jaar formele  afschaffing (1 juli 1863) van de slavernij en 170 jaar Chinese immigratie (20 oktober 1853) in Suriname. De Surinaamse pianiste en componiste Majoie Hajary (1921-2017) verweefde haar opera over de goudkoorts tijdens de koloniale periode in Suriname met de geschiedenis van haar Afrikaanse, Chinese en Hindostaanse voorouders.  Van de opera bestaan verschillende versies: Eldorado, Fool’s Gold, the Story of Suriname en La larme d’or. 

Informatie overnemen? Graag, maar met bronvermelding!       

Familie Tjong-Ayong/ Hajary/ Esse. I.h.m. oma Carootje met angisa, daarboven Majoie
Majoie (li) met haar pianolerares Elly Fernandes tijdens een optreden voor de Surinaamse AVROS-radio
Majoie achter de piano in Paramaribo

Intro
‘Wie zijn jeugd doorbracht in Paramaribo, de hoofdstad van Suriname, vergeet het niet. Nooit. Mijn verhaal over de gouden traan die de prins van Manoa vergoot, zou je een naïef schilderij kunnen noemen. Het is de droom van een droom, iets vaags en obsessiefs als een herinnering’, schreef pianiste en componiste Majoie Hajary (1921-2017) over de opera die ze als haar levenswerk beschouwde.

De mythe van het goudland Eldorado, dat nooit gevonden werd, bracht halverwege de 16e eeuw fortuinzoekers uit Europa het hoofd danig op hol. In krakende houten zeilschepen trotseerden ze de oceaan op zoek naar dit Eldorado, met de goudstad Manoa en het goudmeer Parima.  In dit meer (waarnaar het sportbad in Paramaribo is vernoemd) nam de prins van Manoa elke dag een bad. Volgens de Engelse lord, ‘ontdekkingsreiziger’ en avonturier Sir Walter Ralegh (1554-1618) – waaraan de Raleighvallen in Suriname hun naam danken ­– zou dit wonderbaarlijke rijk zich in een van de Guyana ’s, in Suriname, bevinden. In feite sloeg hij er maar een slag naar.

Hoe dan ook, Majoie gaf een originele draai aan de tot de verbeelding sprekende mythe. De prins van de Manoa  – de personificatie van Suriname – wordt zwaar beproefd door indringers. Ze vervlecht het verhaal van de onlesbare dorst van de Europeanen naar goud en grond met haar eigen familiegeschiedenis: die van  haar Afrikaanse, Chinese en Hindostaanse voorouders. De opera vertelt over hun lotgevallen tijdens de koloniale tijd, maar bezingt ook de wonderlijke schoonheid van haar geboorteland en de onbedwingbare drang van een [vrij naar het couplet uit het Surinaamse volkslied] samengebracht volk naar vrijheid

Niet alleen als concertpianist  (er zijn circa 135 optredens gevonden), vooral als componiste wilde ze uiteindelijk herinnerd worden. Haar oeuvre telt een kleine 100 werken, waaruit ze put voor deze opera. 

Postkaart van Paramaribo
Majoie met haar zusjes Toetie (li) en Jetty (re)
Majoie Hajary
Uitreiking diploma Amsterdams Conservatorium 1942, Majoie op de grond in sari
Einduitvoering Amsterdams Conservatorium 1942
Majoie verwierf in 1946 een contract bij Anton Schubel
Majoie met rubabspeler

Carrière 
Op haar 15e verliet klaviervirtuoos Majoie haar geboortestad Paramaribo om aan het conservatorium in Amsterdam bij Nelly Wagenaar pianolessen te volgen. Tijdens de oorlog trad ze op in fraaie goudgeborduurde sari’s; als nazaat van een oeroud door de nazi’s bewonderd Indiaas volk ontsnapte ze daarmee aan hun verfoeilijke rassenleer. 

Na de oorlog keerde ze terug naar de Amerika’s en het Caraïbisch gebied en ging een gloedvolle carrière als concertpianist tegemoet.  In 1949 trok ze naar Parijs om o.a. bij Nadia Boulanger, Henri Büsser en Louis Aubert compositie te studeren, zich bij Annette Dieudonné te bekwamen in contrapunt en solfège en haar pianospel te vervolmaken bij Yves Nat.

In de stad van de lichtjes en de liefde verloor ze haar hart aan de Fransman Roland Garros: neef van de bekende verzetsheld en vliegpionier (in Nederland roept die naam vooral associaties op met  het Franse grandslamtennistoernooi). Déze Garros was directeur van Air-France. Met hem kreeg ze twee kinderen: Sita en Sébastien.

Vanwege zijn functie trok het gezin langs de vestigingen in de Franse oud-koloniën Congo, Algerije, Madagaskar; het vertoefde in wereldsteden als Tokyo, New Delhi en Istanbul, met Parijs als vast honk. Na haar scheiding in 1972 bleef Majoie in de Parijse voorstad Neuilly-sur-Seine wonen. Frans werd haar tweede taal. Ook al keerde ze nooit terug naar Suriname, ze koesterde haar geboorteland als kostbaar kleinood. Alles wat ik doe is voor Suriname, zei ze ooit in een interview. Bij haar dood ging een kruikje Surinaamse aarde mee het graf in.

Afkomst en wereldreizen drukten onmiskenbaar hun stempel op haar muzikale idioom. In haar opera integreerde Majoie Hajary klanken van Suriname, het westen, de oriënt en Afrika tot een origineel, meertalig muziekspektakel.

Talloze versies met evenzovele namen passeerden de revue in de bijna veertig jaar dat ze zich erin vastbeet. Helaas wist ze geen geld los te peuteren voor de voltooiing, laat staan voor de uitvoering ervan. Alleen het betoverende Raga du Prince uit de operaversie La larme d’or werd uitgevoerd en op cd geperst. 

Wrang, dat amper zes jaar na haar dood Suriname en het koloniale verleden in Nederland volop in de schijnwerpers staan. Majoie Hajary meende: ‘Een componist wordt pas gewaardeerd als ie dood is.’ 

Hieronder vier beschijvingen van haar opera die meermalen van titel veranderde. Inclusief enkele muziefragmenten, partituren en aantekeningen uit haar werkschrift.  

Grafsteen Majoie Hajary op de oude begraafplaats in Neuilly-sur-Seine Foto Ellen de Vries
COLOFON 
Foto’s komen tenzij anders vermeld uit het archief van de erven Hajary (dat is ondergebracht bij het Haags Gemeentearchief/ Nederlands Muziek Instituut) en de collectie van de erven Carry-Ann Tjong-Ayong

Boek over compositie met de complimenten van Henri Busser
Huwelijk met Roland Garros 1951, Parijs 
In een zelfgebouwd vliegtuigje, genoemd naar het Surinaamse vogeltje Grietje-bie, maakten Roland en Majoie lokale tochten
Majoie met haar dochter Sita (li) en zoon Sébastien (re)

Opera

Opera geeft een beschrijving van de opera over de goudkoorts ten tijde van de slavernij in Suriname: een van haar levenswerken.
Deze beschrijving is vóór publicatie van de biografie in 2025 alleen onder strikte voorwaarden te raadplegen. Inclusief foto’s, muziekregistraties, liedteksten en partituren.

Neem daarvoor contact op met Ellen de Vries: ellen@ellendevries.nl

Introductie

Eldorado

Het ballet (1980)

Eldorado

Het ballet (1980)

Fool’s Gold

12 december 1985

Fool’s Gold

12 december 1985

Story of Suriname

17 november 1987

Story of Suriname

17 november 1987

La larme d’or

Eind ’80 tot 2017

La larme d’or

Eind ’80 tot 2017

Bij de samenstelling van deze site is zeer zorgvuldig omgegaan met naamsvermeldingen, bronvermeldingen en copyrights. Mocht u werk van uzelf tegenkomen of herkennen zonder naamsvermelding, neem dan contact op met de sitebeheerder Ellen de Vries.
© ALL RIGHTS RESERVED ELLEN DE VRIES | WEBSITE GEMAAKT DOOR: REINIER MATHIJSEN
error: Content is protected !!